DE NEDERDALING VAN DE HEILIGE GEEST


We zien twaalf gestalten die bijeen zijn terwijl de Heilige Geest op hen wordt uitgestort. Wie zijn deze twaalf? Zijn het apostelen? Zijn de twaalf leerlingen van Jezus? Nee: het zijn niet "de" twaalf, die we zouden verwachten. Het zijn, links van het midden naast elkaar achtereenvolgens: Petrus, Matteüs, Lucas, Andreas, Bartolomeüs en Tomas; en rechts van het midden: Paulus, Johannes, Marcus, Simon, Jacobus en Filippus. Dus naast de lege plaats van Christus Petrus en Paulus - de zuilen van de kerk.

Het gaat bij deze twaalf duidelijk om de fundamenten waarop de kerk is gebouwd. Alle twaalf houden hun "testament" vast: het zijn die geestelijke nalatenschappen waar de kerk op is gebouwd en waar de wereld, die "in duisternis wandelt" het van moet hebben. Onder op de ikoon zien we onderaan de wereld in duisternis; daar staat koning Kosmos, met een kroon op het hoofd; over zijn handen de witte linnen doek waarin het lichaam van Jezus werd gewikkeld voor zijn begrafenis. Op die doek, een verwijzing naar het lege graf, liggen eveneens de 12 (ongeopende) testamenten van de 'patriarchen' van het 'nieuwe Israël'.

Voor de meeste Christenen uit het Westen is Pinksteren een vervolg op Pasen: het sterven van Jezus heeft zo'n crisis veroorzaakt onder zijn volgelingen, dat het een eeuwigheid heeft geduurd (zeven maal zeven dagen plus één) een crisis, die er uiteindelijk voordat er nieuwe inzichten zijn ontstaan en er een nieuwe verstaanshorizon is gekomen. Pinksteren is in deze visie het feest van de geboorte van de kerk.

In de Oosterse ortodoxe kerken wordt dit anders gezien: Pinksteren is een zelfstandig feest. Naast het Kerstfeest/epifanie (incarnatie) en Pasen (opstanding) is het "feest van de neerdaling van de Heilige Geest" het feest rond de derde grote heilsdaad van God. De "God-voor-ons" (exodus) en de "God-met-ons" (Christus) is ook de "God-binnenin-ons": dat is, voor de oosterse kerk, de boodschap van het Pinksterfeest.

Wat opvalt op deze ikoon, wanneer we denken aan het Pinksterverhaal zoals ons dat wordt verteld in het boek "Handelingen", is de stilte - de leegte. We zien hier een twaalftal leerlingen ingekeerd bijeen is. Hun blikken ontmoeten elkaar niet. Boven aan de rand zien we de hemel geopend: maar het centrum van de goddelijke energie is duister en onkenbaar. De ikoon wil laten zien dat het niet gaat om wat we zien, maar om wat dit in ons teweeg brengt. De Geest werkt buiten onze tijd: het gebeuren vindt plaats op "de achtste dag" - voorbij de tijd. "De achtste dag kondigt het onuitsprekelijke mysterie aan van het eeuwig welbevinden van al het zijnde" (Maximus Confessor). Maar ook de ruimte is onwerkelijk; de gebeurtenis wordt niet afgebeeld tussen muren, maar in een ruimte waar hemel en aarde elkaar raken - de liturgie.

Hoe woont God binnenin ons? Hebben we wel eens iets ervaren van wat de Geest in ons teweeg brengt?



Naar de volgende pagina

Terug naar het begin van de ikonengalerij

Reactie? Zend een E-mail

© A.E.J. Kaal, 2014.